Er
gebeurde nooit wat in Slotermeer. Van mijn zesde tot mijn zestiende heb ik er
door gebracht & er gebeurde nooit wat.
Op
oudejaarsavond om precies twaalf uur haalde De Stratemaker uit de Herman
Poortstraat zijn geweer tevoorschijn & schoot er twaalf keer mee in de
lucht. Dat geweren Levensgevaarlijk waren, wisten we alleen uit Arendsoog; de
televisie had Nederland, laat staan Slotermeer, nog niet bereikt & de bioscoop
was te duur. Dat De Stratemaker een geweer had kwam doordat De Stratemaker
behalve stratemaker ook Jager was. Althans, dat werd beweerd, want niemand
heeft hem ooit met een dood dier thuis zien komen. Misschien deed hij als de
vissers: nadat hij het dier had geschoten, gooide hij het weer terug. Net als
het haakje werd natuurlijk ook vóór het teruggooien de kogel verwijderd. Een
straat had overigens ook niemand hem ooit zien maken, maar dat kwam
waarschijnlijk omdat de straten in Slotermeer al gemaakt waren op het moment
dat men wist dat De Stratemaker stratemaker was. Wel had hij veel kinderen
& die waren allemaal klein. Dat laatste gold voor bijna alle kinderen in
Slotermeer & zeker voor de kinderen in de vierhoek Aart van der
Leeuwstraat, Arthur van Schendelstraat, Herman de Manstraat & Herman
Poortstraat.
Een
uitzondering op de kleine kinderregel vormde de familie H. in het midden van de
Arthur van Schendelstraat. Meneer H. was Sneeuwruimer bij het GVB. Als er
sneeuw lag (& dat lag er vaak in die jaren) moest hij voor dag & dauw
erop uit om de trambanen sneeuwvrij te maken. Wat hij de weinige dagen dat er
geen sneeuw lag moest doen, is niet bekend (oefenen misschien, met bussen
kunstsneeuw, die toen net uitgevonden was; een van de grote uitvindingen van de
Jaren Vijftig).
De
H.-tjes hadden alleen grote kinderen: Eentje net zo groot als grote broer &
Reusie, die natuurlijk geen Reusie heette, maar door mijn Opa zo genoemd werd,
omdat zij zeer klein van postuur was (een normaal bovenlichaam, met beentjes
van pakweg twintig centimeter eronder). Er was nog iets vreemds aan de H.-tjes:
de kinderen, Harrie & Reusie dus, hadden verschillende achternamen. Dat was
iets wat we nog nooit hadden meegemaakt. Had het iets te maken met Dood? Met Scheiding?
Reusie was dus groot & klein tegelijk.
Op
een dag kreeg Reusie een fiets, waarvoor de hele buurt uit liep. Het was
natuurlijk wel Levensgevaarlijk, fietsen met beentjes van twintig centimeter.
Gelukkig moest de eerste auto nog in de Arthur van Schendelstraat arriveren.
Bij
de K.’s in de Aart van der Leeuwstraat kwam de eerste televisie. Net als in
alle andere buurten in alle andere Slotermeren in alle andere steden &
dorpen, verscheen ooit ergens de eerste televisie. Het moet vreselijk geweest
zijn om in een buurt als eerste een televisie te krijgen! Televisie kijken was
Levensgevaarlijk, want je kon er blind van worden. Om dat te voorkomen, mocht
er uitsluitend in het donker naar de televisie worden gekeken. Als Eerste
Televisie Bezitter kreeg je alle kinderen op woensdagmiddag op bezoek, die
weliswaar hun schoenen uit deden (wat weer een vreselijke stank tot gevolg had,
want uiteindelijk gingen we toen slechts één keer per week onder de douche
& kregen dus ook slechts een keer per week schone sokken), maar toch je
huis zodanig toetakelden, dat er na afloop van de voorstelling ten tweede male
gestofzuigd moest worden. Bovendien kon je in het donker niet in de gaten
houden wat die kinderen allemaal behalve televisie kijken nog meer deden. De
K.’s hadden één dochtertje. Niemand speelde met haar, tot de televisie kwam,
toen wilde iedereen met haar spelen. Ik douch nog steeds één keer per week.
Het
wachten was altijd op Pipo de Clown; niet om Pipo de Clown, maar om Mammaloe,
die zich hooguit één keer per uitzending (& soms helemaal niet) voorover
boog, zodat de bovenkanten van haar ronde borsten te zien waren. Dan was het
weer een topuitzending! Eén keer werd in de Verrekijker een filmpje vertoond
dat ging over de sauna’s in Finland. Helaas waren de beelden van naakte vrouwen
die door de sneeuw holden van heet naar koud & zich warm hielden door zich
met takken op het lijf te slaan van zo’n grote afstand gefilmd, dat het wachten
toch maar weer was op de borsten van Mammaloe.
Het
toppunt van recreatie was de Sloterplas. De Sloterplas was ontstaan door het
zand dat er lag eruit te halen & op het land dat er naast lag te spuiten.
Zo ontstond Opgespoten Land, waar altijd een bord bij stond dat het
Levensgevaarlijk was je daar op te begeven. Niemand heeft het dan ook geprobeerd
& dus weet niemand of het ook echt gevaarlijk was & je er inderdaad in
weg zou zakken & je dus langzaam zou verdrinken. Een imitatie van
Opgespoten Land was het Elastieke Dammetje: een hoopje zand aan de rand van een
sloot, waarin je, als je er maar lang genoeg op stampte, langzaam tot aan je
enkels wegzakte. Met díe sokken moest je ook een week doen.
Alle
huizen in Slotermeer stonden, behalve op palen, dus op Opgespoten Land. Ook de
Sloterplas zelf was Levensgevaarlijk, want in het midden wel veertig (40!)
meter diep! Door die diepte zou het water in het midden dan ook zo koud zijn,
dat je er een hartverlamming van zou krijgen. Bovendien zou er een Monster in
de Sloterplas huizen. Dat hebben we wèl geprobeerd, van de ene kant naar de
andere kant zwemmen. Het water was niet koud, wel was het heel ver! Het Monster
hebben we niet gezien.
Voor
de kinderrijke inwoners van Slotermeer werd een deel van de Sloterplas verbouwd
tot Strandbad, kompleet met strand, twee eilandjes & niet al te diep (&
dus niet al te koud) water er tussen. Voor een dubbeltje of een kwartje kon je
er als kind in. Waarom het de ene dag een dubbeltje & de andere dag een
kwartje kostte is een van de onopgeloste raadselen van Slotermeer (& de
andere gemeentebaden van Amsterdam natuurlijk). Dat een ijsje van Jamin zonder
chocola een dubbeltje kostte & een ijsje van Jamin met chocola 15 cent, dát
begrepen we wel. Door je kleren in een bundeltje te vouwen & boven je hoofd
te houden, kon je via het naast gelegen slootje, dat de grens vormde tussen
Land & Strandbad, gratis naar binnen; had je toch weer een kwartje (of als
het tegen zat, een dubbeltje) verdiend (al bleef het stelen natuurlijk, maar
dan had je tenminste weer wat te biechten, want dat viel niet mee, steeds weer nieuwe
zonden verzinnen).
Op
een dag verschenen er allemaal zweren op mijn vingers. Ook zweren waren in die
dagen Levensgevaarlijk. De enige remedie tegen zweren bleek sodawater te zijn.
In een oranje emaille kommetje werd gloeiend heet water gegoten & daarin werd
de soda opgelost. Mijn vader stopte met geweld mijn hand in het kommetje
gloeiend heet water & hield de hand erin tot het water afgekoeld was.
Geweld was nodig, want wie wil er nou met zijn hand in het gloeiend hete water.
Ik schreeuwde altijd heel hard, zo hard, dat de Pastoor kwam vragen wat er aan
de hand was: gloeiend heet water dus. Of de Pastoor ook kwam toesnellen toen de
jongste dochter met de mattenklopper kreeg, is niet bekend. Zelfs is niet
bekend of de jongste dochter met de mattenklopper kreeg.
Op
een hete woensdagmiddag was ik bijna rechtstreeks van
Accordeon-met-twaalf-bassenles naar het Strandbad gegaan. Eenmaal in het
Strandbad aangekomen, werd de hemel, nog voor ik het eilandje kon bereiken,
zwart & alle strandbadgasten holden half gekleed naar de uitgang om zo snel
mogelijk in hun Veilige Huizen op hun Opgespoten Land te komen. Door de
duisternis fietste ook ik zo snel als maar kon naar huis. De duisternis was een
voorbode van een verschrikkelijk onweer, maar wat was het Levensgevaarlijk!
De
accordeonles was buiten Slotermeer, in de 1e Constantijn
Huygensstraat. De accordeon was een geschenk van opa. De accordeonles was een
geschenk van oma. Dat kwam zo. Opa had wel vier accordeons, van met weinig
bassen (12) tot heel veel (120). Opa zou mij accordeon-met-12-bassen leren
spelen. Je moet klein beginnen. Daartoe ging ik iedere woensdagmiddag naar de
Pelikaanstraat in Amsterdam-Noord. Bij opa leerde ik echter geen accordeonspelen,
althans volgens oma niet & volgens mij ook niet & volgens iedereen die
mij hoorde spelen ook niet. Opa riep tijdens de lessen alleen maar ‘hardop
tellen, hardop tellen, hardop tellen’. Ik telde hardop tot ik een ons woog,
maar ging er niet echt beter van spelen. Verder dan één walsje heb ik het niet
gebracht. Van de juf op accordeonles hoefde ik niet te tellen, maar ging er ook
niet echt beter van spelen. Na een jaar ben ik gestopt: dat ene walsje kon ik
nog steeds spelen. Gelukkig heb ik geen accordeon meer.
Op
een dag zou het Zonsverduistering zijn. Zonsverduistering was Levensgevaarlijk,
want je kon er blind van worden. Om te voorkomen dat je blind werd, moest je
een brandende kaars onder een stukje glas houden, zodat het stukje glas zwart
werd & jij niet blind! Vader maakte stukjes glas zwart & met een stukje
zwart glas ging ik naar de Aart van der Leeuwstraat, waar niemand was, behalve
Roosje. Roosje was een Klein Indisch Meisje, ongeveer even oud als mijn jongste
zusje.
De
Aart van der Leeuwstraat is de breedste straat van de vier die het hofje vormen;
het heeft de breedte van een snelweg, maar met vooruitziende blik had men er
midden op de rijweg bomen geplant, die tegenwoordig Verkeersremmers zouden
heten, maar toen nog gewoon bomen heetten, omdat het verkeer nog in geen velden
of wegen te zien was & dus ook niet geremd hoefde te worden. Alleen Meneer
vL. uit de Aart van der Leeuwstraat had soms een auto van de zaak; een Opel die
vol stond met blikken verf & ander schildersmateriaal. Meneer vL. was
namelijk Huisschilder, al hield Mevrouw vL. vol dat hij Bedrijfsleider was;
iedereen liet dat maar zo. Bovendien maakte Mevrouw vL. vieze rabarber! De
bomen zijn weg gehaald & vervangen door geparkeerde auto’s.
Daar
stond ik samen met Roosje in een verlaten Aart van der Leeuwstraat & we
wisten niet wat een Zonsverduistering was, alleen dat je door het zwarte glas
moest kijken, want anders werd je blind. Samen hebben we omstebeurt door het
stukje zwart glas gekeken, ons ervan bewust dat we iets bijzonders mee maakten,
maar er niet helemaal zeker van wat dat dan was.
Wel
was het mooi.
De
Zonsverduistering,
de
verlaten Aart van der Leeuwstraat,
de
kleine Roosje & ik.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten